Bathilde van Frankrijk

Bathilde werd in Engeland geboren rond 630, waarschijnlijk in een vroom en arm gezin. Als kind valt ze in handen van Deense piraten en wordt, in 641, als slavinnetje verkocht aan de toekomstige hofmaarschalk Erkenwald van de Frankische koning Clovis II.
Bathilde valt op door haar zachte charmante natuur en hulpvaardigheid. Daarenboven is ze ook beeldschoon. Zij maakt zich al snel geliefd door haar pogingen om, buiten het normale dienstwerk, door schoenen te poetsen en herstelwerk te doen. Deze nederigheid en ijver gaan niet onopgemerkt aan Erkenwald, die haar wil huwen. Bathilde echter wil niet op deze uitnodiging ingaan, vermomt ze zich in oude, vieze kleren en verschuilt zich tussen het lagere personeel. Het plannetje lukt en Erkenwald huwt een andere vrouw.
Bathilde herneemt haar vroegere leven, maar nog meer dan vroeger straalt zij een schoonheid en gratie uit, die nu ook koning Clovis II niet ongevoelig laat. Hij is zo onder de indruk van de 19-jarige Bathilde dat hij haar, toegejuicht door volk en vaderland, huwt.
Het koninklijke leven in luxe verandert niets aan de nederigheid en dienstbaarheid van Bathilde. Integendeel, de koning schenkt haar de volmacht om de Kerk te beschermen, voor de armen te zorgen en ander religieuze activiteiten te ontplooien. Samen krijgen ze drie jongens, Clovis III, Childeric II en Theoderic I, die allen koning worden.
Na 7 jaar huwelijk verliest Bathilde haar koning-gemaal. Hun oudste zoon is amper 5 jaar, Bathilde wordt aangesteld als regentes. Zij regeert gedurende 10 jaar het Frankische rijk, bijgestaan door Bisschop Eligius. Ze had staatkundig inzicht, wist de vrede te handhaven, maakte een einde aan de Romeinse handel in (Christelijke) slaven en bestreed de simonie in de Kerk. Ze blies het kloosterleven nieuw leven in, stichtte ook verschillende kloosters op haar eigendommen buiten Parijs, zoals het klooster voor monialen in Chelles aan de Marne. Ze bouwt ziekenhuizen en opvanghuizen voor armen en daklozen, maar zorgt er ook voor dat verloren gegane bossen en land terug in bezit komen van de rechtmatige eigenaars, de landbouwers, die er opnieuw akkerland en veeweiden van maken.
Wanneer Clovis III de leeftijd van 15 jaar heeft bereikt, overhandigt zij haar zoon de kroon en trekt zij zelf, in 665, terug in het klooster te Chelles, waar ze als de nederigste der nederigen haar andere medezusters dient. Ze schenkt haar bezittingen weg ten behoeve van de armen en moedigt haar medezusters constant aan tot barmhartigheid.
Zelf lijdt ze vaak vreselijke pijnen, die ze met een opmerkelijke vreugde draagt. Altijd weet ze zich gesterkt door haar gebed.
Bathilde overlijdt op 30 januari 680.