Altrudis van Maubeuge

Vanaf haar kindsheid leefde Altrudis in een vroom gezin. Ze was de dochter van Vincentius Madelgarius en van Waltrudis, die later ook heilig zouden worden verklaard.
Op vrij jonge leeftijd koos zij voor het religieuze leven en trad zij binnen in het klooster te Maubeuge, dat door haar tante Aldegonde was gesticht. Ze werd ook Aldegonde’s opvolgster.
Toen zij kaarsenrestjes aan het smelten was om die te hergebruiken, vatte de pan vuur. Toen zij die met de blote handen van het vuur pakte en op de grond neerzette, stroomde de gloeiende was over haar handen. Ze werd hierbij echter niet verbrand. Ze leefde in de 2de helft van de 7de eeuw.